Reizen langs de resten van het Romeinse Rijk

Colosseo

Het Colosseum hebben we met onze kinderen bezocht. Het krioelde er van de toeristen uit alle windstreken. Eenmaal binnen raakten we snel onder de indruk van zijn enorme omvang. De enorme massa die zich voor de ingang verdringt, lijkt op te lossen in het kolossale gebouw en je vindt er plekjes waar je in alle rust kunt genieten of rustig een gesprek kunt voeren.

Het is of je even weg bent en tweeduizend jaar terug in de tijd gaat. Nergens anders in Rome krijg je dat gevoel echt. De enige plaats die dat opzicht Rome overstijgt is Pompeii.

Het Colosseum is gebouwd door keizer Vespasianus (9 - 79). Hij begon de bouw in 72 op de plek waar Nero de vijver van zijn 'Domus Aurea' had. Er zou ook een enorm bronzen beeld van Nero gestaan hebben. De deel van de sokkel van dit beeld is in 1988 ontdekt bij de restauratie van de zuil van Trajanus. Van het beeld zelf is niets terug gevonden. Latere keizers probeerden elke herinnering aan Nero uit te wissen.

Het Colosseum is het grootste Romeinse amphitheater ter wereld. De omtrek bedraagt vijfhonderdzevenentwintig meter en het had een hoogte van honderdzevenentachtig meter. Er waren vijfenveertigduizend zitplaatsen en vijfduizend staanplaatsen. De voorstellingen vonden ondanks de hitte vooral overdag plaats. Het verzengende zonlicht trachtte men te temperen door over de arena grote zeildoeken te trekken langs zware palen, die in ijzeren ringen waren bevestigd. In het theater van Pompeii kan men die ringen nog zien. Het moet er ook afschuwelijk gestonken hebben. Daarom besprenkelde men de vloeren van theaters soms met water, dat licht geparfumeerd was met saffraan essence.

In 404 verbood keizer Honorius de gevechten tussen gladiatoren en in de zesde eeuw verdwenen de gevechten met wilde dieren. Daarna werd het gebouw vooral gebruikt als een steengroeve. De travertijn werd eruit gesloopt en gebruikt voor het Palazzo Venezia, het Palazzo della Cancellaria en de Sint Pieter.

Goethe bezocht het Colosseum verschillende keren. In zijn reisverslag schrijft hij dat het Colosseum, dat hij het op de avond van 2 februari 1787 bezocht, een wel zeer fraaie aanblik biedt:

'Het wordt 's nachts afgesloten, een heremiet woont in een nietig kerkje daarbinnen en bedelaars vestigen zich in de vervallen gewelven. Ze hadden op een vlak lopend stuk grond een vuur gemaakt, en een lichte bries dreef de rook eerst over de arena heen, zodat het onderste gedeelte van de ruïnes bedekt was en daarboven de enorme muren somber oprezen ...'

Goethe had een appartement in Rome aan de Via del Corse, dat voor het publiek is opengesteld.

Link: Colosseo

De Baedeker 'Italie centrale' van 1909 heeft mooie instructieve plattegronden van belangrijke romeinse vindplaatsen in Rome. Het Colosseum is uitgebreid beschreven aan de hand van een tekening.